Vetpercentage meten: de 6 meet methodes

vetpercentage meten Pin

​Ben je benieuwd naar je vetpercentage? Er zijn verschillende manieren om je vetpercentage te meten. In dit artikel laten we je zien welke mogelijkheden er zijn en welke meetmethode de beste is.

Wat is het vetpercentage?

Het vetpercentage geeft aan welk percentage van je lichaam bestaat uit vet. Je lichaam heeft vet nodig om goed te kunnen functioneren. Het regelt de lichaamstemperatuur, beschermt organen, reguleert de hormonen en fungeert als opslag voor energie en vitamines. Maar teveel vet, zeker een teveel aan visceraal vet brengt verschillende gezondheidsrisico’s met zich mee (bron).

Door regelmatig je vetpercentage te meten kun je ervoor zorgen dat deze gezond is en blijft.

Wanneer heb je een gezond vetpercentage?

Een hoog vetpercentage verhoogt de kans op diabetes, hart en vaatziekten en andere gezondheidsproblemen. Ook kun je bij een hoog vetpercentage moeite hebben met normale dagelijkse bezigheden. Het is daarom belangrijk om voor een gezond vetpercentage te zorgen. Maar wat is dan een gezond vetpercentage?

Hieronder kun je in de tabel opzoeken wat een gezond vetpercentage is. Vrouwen hebben meer vet nodig dan mannen. Daarom is er een aparte tabel voor vrouwen en mannen.

Het aanbevolen vetpercentage is afhankelijk van de leeftijd en geslacht. Let hierbij in de tabel op het onderscheid in leeftijd. Naarmate de leeftijd stijgt zal meestal ook het vetpercentage stijgen. Neem in beschouwing dat ​een vetmeter nooit 100% nauwkeurig is bij het meten. Zeker de (goedkopere) weegschalen hebben een foutmarge.

Gezond vetpercentage voor vrouwen

In de onderstaande tabel is de aanbevolen vetpercentage van vrouwen te vinden.

​Leeftijd ​Te laag ​Normaal ​Te hoog ​Veel te hoog
​20-39 ​< 21% ​21% – 33% 33% – 39% > 39%
​40-59 ​< 23% 23% – 34% ​34% – 40% ​> 40%
​60-79 ​< 24% ​24% – 36% ​36% – 42% ​> 42%

Gezond vetpercentage voor mannen

In de onderstaande vetpercentage tabel is de aanbevolen vetpercentage van mannen te vinden:

​Leeftijd ​Te laag ​Normaal ​Te hoog ​Veel te hoog
​20-39 ​​< 8% ​​8% – 20% ​20% – 25% ​> 25%
​40-59 ​< 11% ​11% – 22% ​22% – 28% ​> 28%
​60-79 ​< 13% ​13% – 25% ​​25% – 30% ​> 30%

Het verschil van vetpercentage bij mannen en vrouwen

De plek waar vet wordt opgeslagen wordt onder andere gestuurd door de hormonen. Daarom zie je een verschil in de vetopslag bij mannen en vrouwen. Mannen slaan vet meestal op rond hun buik. Terwijl vrouwen vet meestal opslaan bij de billen, heupen en benen. Doordat buikvet en met name visceraal vet zorgt voor de meeste gezondheidsproblemen hebben mannen meer risico op gezondheidsproblemen door overgewicht (bron).

verschil van vetopslag bij mannen en vrouwen Pin
Hierboven zie je de verschillen van vetopslag bij mannen en vrouwen.

Hoe meet je het vetpercentage?

Er zijn veel manieren om je vetpercentage te meten. De uitvoering van een vetmeting is hierbij ook belangrijk. Daarbij zijn er makkelijke, dure en heel nauwkeurige methodes voor het achterhalen van je vetpercentage. De lijst die we je geven is vrij compleet en geeft een duidelijk beeld van de mogelijkheden.

1. Weegschaal met vetpercentage

​De makkelijkste manier is de weegschaal met vetpercentage meter. ​Op deze weegschaal ga je met blote voeten staan. Vervolgens worden er elektroden door het lichaam gestuurd die de geleiding meten. Spieren geleiden heel goed, omdat ze veel water bevatten. Vetmassa iets minder. ​Op deze manier kan jouw vetpercentage ​worden gemeten.

Het is een makkelijke manier om te meten maar uit onderzoek blijkt dat het geen hele nauwkeurige methode is. Wil je een grove schatting van je vetpercentage dan is een weegschaal een goede en gemakkelijke keus. Wil je een nauwkeurige meting dan kun je beter kiezen voor een huidplooimeting of dexa scan.

Wil jij je vetpercentage meten met een weegschaal? In dit artikel hebben we de beste weegschalen met vetpercentage functie op een rij gezet: beste weegschalen met lichaamsanalyse.

2. Een 4 of 7 punts huidplooimeting

Een veel gebruikte methode voor het vetpercentage meten is de huidplooimeting. ​Deze vetpercentage meter is een soort tang waarmee je een 4-punts meting verricht. Dit doe je bij de biceps (in het midden), triceps (in het midden), bij de buik (voor of zijkant) en op de rug (net onder het schouderblad). Pak met duim en wijs- en middelvinger de huidplooi vast en meet deze op een normale manier. Met een bijgeleverde referentie tabel kun je nu het vetpercentage berekenen.

Je hebt voor een paar ​euro een ​prima huidplooimeter, de foutmarges hiervan liggen tussen de 3 en 4 procent (met uitschieters naar 15 procent). Er bestaan ook hele dure tangen, waarmee je een nauwkeurige 7-punts meting kunt uitvoeren.

Doorgaans volstaat een goedkope tang en geeft deze je een globaal beeld van je huidige vetpercentage. Het nadeel bij de huidplooimeter is dat je deze meting niet zelf kunt uitvoeren. Dit kun je wel met bijvoorbeeld een weegschaal met vetpercentage.

Wil je alles weten over de huidplooimeting? Lees dan hier ons uitgebreide artikel over de huidplooimeting.

3. Kijken naar je lichaam

​Je lichaam bekijken en vergelijken is de ​simpelste methode. Ga ​in een zwemoutfit voor de spiegel staan en maak er ​een foto van. Vervolgens ​kun je je foto vergelijken met foto’s waar vetpercentages bij staan​. Komt een foto dicht in de buurt van hoe jij er momenteel uitziet? Dan is de kans groot dat dit jouw vetpercentage is. Foto’s van vetpercentages kun je bijvoorbeeld hier bekijken.

Wanneer je nu bv. een dieet gaat volgen kun je jouw progressie bijhouden. Maak steeds nieuwe foto’s en vergelijk ze met de andere. Zie je dat je er steeds beter uit gaat zien? Dan hoef je niks te veranderen aan jouw voedingsschema. Zo niet, dan zal je hier stapsgewijs aanpassingen in moeten verrichten.

4. DEXA-Scan

Je kunt met röntgenstraling naast botbreuken ook een hoop andere dingen meten. En je raad het natuurlijk al, ook je vetmassa. Je vetpercentage meten met deze methode zal je zeer nauwkeurig resultaten opleveren.

Het is ook niet zoveel werk, je gaat namelijk liggen en de scan is met een paar minuten klaar. Het breng ook visceraal vet in beeld, bv. vet rondom je organen. Daarbij kun je ook individueel scannen en zien of je ene been meer vet heeft dan de andere.

Het nadeel is dat het een vrij dure manier is om je vetpercentage te meten.

​5. Hydrostatisch wegen

Een andere ​manier van vetpercentage meten is hydrostatisch wegen. Je gaat met je lichaam onder water, in een soort klein zwembadje. Er kan nu een zeer nauwkeurige meting plaatsvinden.

Dit wordt gedaan met de Wet van Archimedes. De dichtheid van vetvrije massa en vetmassa zijn constant. Het gewicht in water wordt vergeleken met die buiten het water en zodoende wordt je vetmassa berekent.

Naast het feit dan ook dit niet een goedkope oplossing is, vind je ze ook niet altijd om de hoek. Dit maakt het even uitvoeren van een vetmeting ook wat lastiger op deze manier.

​6.Plethysmografie

Wederom een zeer nauwkeurige manier voor het meten van je vetpercentage. Het werkt op basis van luchtverplaatsing waarmee lichaamsmassa, volume en dichtheid gemeten worden.

Ook dit is weer niet goedkoop, wat allemaal te maken heeft met de dure apparatuur. Daarbij moet je voor dit soort metingen vaak een afspraak maken. Er wordt dan door deskundig personeel een meting verricht en hier betaal je natuurlijk voor. Alles bij elkaar zit je al snel op € 50,- per meting.

Deze methode vind je ook niet overal, maar met name wel in grotere steden. Ben je er benieuwd naar en wil je zo’n meting laten verrichten? Zoek dan online naar beschikbare locaties.

​Hoe vaak moet je je vetpercentage meten?

Een vetmeting kan je zo vaak doen als je wilt. ​Zoals met de meeste metingen heeft het weinig zin om iedere dag te meten. 1 keer per week of per 2 weken is prima. Dit geeft je genoeg tijd om bij te sturen wanneer het resultaat niet bevalt.

Het ligt misschien ook aan de manier van meten. Je kunt wat sneller meten met een vetpercentage weegschaal dan met een huidplooimeter.

De buikomtrek vs vetpercentage

Naast je vetpercentage is ​de buikomtrek een belangrijke indicator voor je gezondheid. De buikomtrek is namelijk een goede indicator voor verschillende gezondheidsrisico’s zoals diabetes en hart en vaatziektes.

Veel buikvet levert namelijk meer gezondheidsrisico’s op dan wanneer je bijvoorbeeld veel vet op je billen en dijen hebt. ​Een vrouw met volle heupen en een normale of slanke buik ​heeft daarom minder gezondheidsrisico’s dan iemand waarbij het vet zich concentreert op de buik.

​Met name visceraal vet (ook wel orgaanvet genoemd) is in een te grote mate gevaarlijk. Wanneer dit het geval is dan is het aan te raden om direct actie te ondernemen om het buikvet te verminderen.

Met ​een vetpercentage meting krijg je een indruk van het vet over je hele lichaam. Maar met de buikomtrek meet specifiek je buik. Je kunt ​de buikomtrek ​meten met een meetlint. Het is een makkelijke meting om uit te voeren.

Wil je meer weten over de buikomtrek meten en hoe je deze meting precies doet? Dan kun je kijken in dit artikel​: buikomtrek meten met instr​ucties.

Andere leuke artikelen